Open Instellingen
. Selecteer Telefoon > Telefoonbeheer > Beveiligingsinst. > Telefoon en SIM-kaart.
Selecteer een van de volgende opties:
- Code in gebruik — Selecteer PIN of UPIN, afhankelijk van het type SIM-kaart.
- PIN-code vragen of UPIN-code vragen — Het apparaat en de SIM-kaart beveiligen tegen ongeautoriseerd gebruik. Wanneer u het apparaat inschakelt, wordt u gevraagd de PIN-code of UPIN-code op te geven.
- PIN-code of UPIN-code — Als u de huidige PIN-code wilt wijzigen, geeft u de oude PIN-code één keer op en de nieuwe PIN-code twee keer.
- PIN2-code — De PIN2-code wordt mogelijk geleverd bij uw SIM-kaart. Als u de code wilt wijzigen, geeft u de oude PIN2-code één keer op en de nieuwe PIN2-code twee keer. De PIN2-code is vereist om toegang te krijgen tot bepaalde netwerkdiensten. De SIM-kaart moet deze diensten ondersteunen. Als u te vaak een onjuiste PIN-code opgeeft, kan de PIN-code worden geblokkeerd. Als u de PIN-code wilt deblokkeren, hebt u PUK-codes (Personal Unblocking Key) nodig. Als deze codes niet bij de SIM-kaart worden verstrekt, neemt u contact op met de leverancier van de SIM-kaart.
- Per. autom. blokk. telefn — Als u het apparaat automatisch wilt vergrendelen wanneer u het gedurende een opgegeven periode niet gebruikt, selecteert u Opties > Wijzigen > Door gebruiker gedef.. Geef de time-outperiode op. U hebt de blokkeringscode nodig om deze instelling te kunnen wijzigen.
- Blokkeringscode — De blokkeringscode wordt gebruikt om het apparaat te ontgrendelen. Als u de huidige blokkeringscode wilt wijzigen, geeft u de oude code één keer op en de nieuwe blokkeringscode (5 cijfers) twee keer. De blokkeringscode wordt gebruikt om het apparaat te ontgrendelen. Verander de blokkeringscode om ongeautoriseerd gebruik van het apparaat te voorkomen. De op voorhand ingestelde code is 12345. De nieuwe code mag 4 tot 255 tekens lang zijn. Alfanumerieke tekens (hoofdletters en kleine letters) kunnen worden gebruikt. Op het apparaat wordt een bericht weergegeven als de blokkeringscode niet correct is opgemaakt. Houd de nieuwe code geheim en bewaar deze niet bij het apparaat.
- Blok. als SIM-krt gewijz. — Als u het gebruik van uw apparaat met een ongeautoriseerde SIM-kaart wilt voorkomen, selecteert u Opties > Wijzigen > Ja. Er wordt nu elke keer om de blokkeringscode gevraagd wanneer een nieuwe SIM-kaart wordt geplaatst.
- Ext. telef.vergrendeling — Externe vergrendeling van het apparaat met een extern vergrendelingsbericht toestaan.
- Beperkte grp gebruikers — Inkomende en uitgaande oproepen beperken tot specifieke groepen (netwerkdienst). Selecteer Opties > Wijzigen > Standaard als u de groep die met uw serviceprovider is afgesproken, wilt activeren of Aan om het indexnummer van een andere groep op te geven.
- SIM-diensten bevestigen — Als u de bevestigingsberichten wilt weergeven die worden verzonden tussen het apparaat en het netwerk wanneer u netwerkdiensten gebruikt die worden ondersteund door uw SIM-kaart, selecteert u Opties > Wijzigen > Ja.
De instellingen die beschikbaar zijn voor bewerken, kunnen verschillen.
Selecteer Terug om de instellingen op te slaan.